ImPressie raadsvergadering 17 februari 2015

Gezien de korte agenda leek het een vergadering te worden die bijtijds zou worden afgerond. Echter, de behandeling van 2 moties “vreemd aan de agenda” en 3x een bespreking van schriftelijke vragen deden de agenda uitlopen.

 

Atelier6

HvL/D66 had aanvullende vragen over de situatie rond Atelier6. Deze wil in verband met de te hoge huur van de Binding een goedkopere locatie op bedrijventerrein Zuiderdel betrekken. Iets waar het college een stokje voor heeft gestoken: geen vergunning.

Inmiddels heeft wethouder Nieuwenhuizen een stap gezet om het vastgelopen overleg met Atelier6 weer los te trekken. Jammer dat hiervoor zoveel politieke druk nodig is, aldus HvL/D66.

Ook wordt door hen vraagtekens gezet bij de legitimiteit van de collegebeslissing: Is het niet zo dat net afgesproken is dat maximale flexibiliteit zou worden betracht bij het invullen van bedrijventerreinen?

AL met al een teleurstellende beantwoording door het college, vond HvL/D66.

 

Ouderbijdrage Jeugd-GGZ

Eveneens teleurgesteld over de beantwoording van hun vragen was de CU. Zij hadden vragen gesteld over de ouderbijdrage in de Jeugd GGZ. Sinds de nieuwe wet die per 1 januari is ingegaan, wordt een ouderbijdrage gevraagd voor kinderen die psychiatrische zorg nodig hebben en niet meer thuis wonen. In sommige steden wordt deze bijdrage niet geïnd, lopende het onderzoek door de minister naar de gevolgen.

En dat wilden CU en HvL/D66 ook in Langedijk. Iets wat wethouder niet wilde: eerst het toegezegde onderzoek van de staatssecretaris afwachten. En ondanks dat het beoogde kosten tijdens de bespreking fors inkrompen, bleven er veel onduidelijkheden te bestaan.

Op de opmerking van GroenLinks”het mag niet zo zijn dat jeugdigen noodzakelijke zorg niet krijgen vanwege financiële redenen”deed wethouder Fintelman de toezegging dat hij alles in het werk zou stellen om noodzakelijke zorg te laten verlenen.

Deze toezegging deed HvL/D66 en CU besluiten de motie aan te houden.

 

Boetekleed

Door GroenLinks zijn in januari vragen gesteld over het uitblijven van de Langedijker Pas.

Met name diegenen die ook gebruik maken van de vouchers (enkele honderden Langedijkers)  zijn ernstig gedupeerd.

Piet van Kleef van GroenLinks had aanvullende vragen: waarom heeft het college niet gecontroleerd, waarom niet gecommuniceerd naar betrokkenen en naar de Raad. Die dit notabene uit de krant moeten lezen?

Wethouder Fintelman trok het boetekleed aan: “De overgang van de uitvoering naar Haltewerk was niet de oorzaak van de vertraging; de fout –niet versturen van de bestelorder- lag geheel binnen de eigen organisatie. En ja, hij had niet gecontroleerd. Verontschuldigingen voor de gedupeerden. De schadelijke gevolgen worden gerepareerd en  hier leren we van”.

 

Discussie gesloten?

Ook de beantwoording van de vragen van GroenLinks over de brug bij het Oxhoofdpad leidden tot vervolgvragen. De brug dient niet alleen ook toegankelijk te zijn voor mensen met een beperking (nu niet het geval), het staat zelfs in de wettelijke richtlijnen, betoogde Klaas Zwart.  Is de wethouder hiervan op de hoogte?

Wethouder Beers vond deze vraag niet relevant. Het traject was correct verlopen dus “discussies gesloten”gaf hij kortaf aan.

Dit onacceptabele antwoord leidde tot een schorsing. Na de schorsing werd hem wederom verzocht antwoord te geven op de vragen.

Nu gaf hij aan dat hij “in zijn algemeenheid” op de hoogte is van het Bouwbesluit; voor beantwoording van de andere vragen had hij de kennis van de ambtenaren nodig.

Deze tijd werd hem gegund. Zie voor de gestelde vragen de bijlage.

 

A-politiek?

Aan het eind van de vergadering werd een motie “ vreemd aan de agenda” ingediend door VVD en PvdA. Het betrof hier het instellen van een Commissie Sociaal Domein.

De uitvoering van de geplande decentralisaties van het Rijk zullen tot grote veranderingen leiden. Reden voor de raad  om het voortouw te willen nemen in de regie. De bedoeling is dat commissie Sociaal Domein een “ a-politieke commissie” wordt, die de politieke afwegingen in de raad mogelijk maakt.

Een 5-tal raads- en burgerraadsleden werd vervolgens hierin gekozen: Jacqueline de Boer (HvL/D66), Marcel Reijven (PvdA), Rob Wagenaar (VVD), Gerard Rep (CDA) en Wim Nugteren (CU).

 

 

Bijlage ImPressie raad d.d. 17 februari 2015.

 

 

Bij  vaststellen agenda:

Ik wil  van de  gelegenheid gebruik maken  om nadere inlichtingen in te winnen over de  door het college gegeven antwoorden op de door ons gestelde  vragen over de nieuw geplaatste  brug over de  Achterburggracht bij het Oxhoofdpad te Broek op Langedijk. Wij hopen hiertoe in de  gelegenheid gesteld te worden.

 

 

Voorzitter, Raad, toehoorders en college,

 

Op 21 januari hebben wij schriftelijke  vragen over de nieuw geplaatste brug over de  brug bij  het Oxhoofdpad te Broek op Langedijk gesteld.

Vragen die voortkomen uit het  feit dat door  het  college geplaatste  brug, zoals uit  onze  toelichting bij de  vragen blijkt, niet voldoet aan de volgens ons algemeen aanvaarde norm dat de openbare ruimte ook toegankelijk moet  zijn voor mensen met een beperking. Zowel mensen met een zware als met een lichte  beperking.

Het is ons aan te rekenen, ik neem  het onszelf kwalijk,  dat  wij het  college van B&W  van Langedijk hier klaarblijkelijk overschat hebben.

 

Ik wil nogmaals benadrukken dat onze  vragen niet  gingen over de hellingshoek en de  afmetingen van hellingbaan van deze nieuwe brug. 

Het gaat ons om de verantwoordelijkheid  van het  gemeentebestuur voor een voor iedereen toegankelijke openbare ruimte. Om de mogelijkheden voor mensen met  een beperking om zich in Langedijk te verplaatsen. Dat  bij de inrichting van de openbare ruimte in Langedijk met mensen met een beperking, ook met slechtzienden,  rekening gehouden wordt en er geen  belemmeringen aangebracht worden  waardoor hun mogelijkheden  beperkt worden.

Dat wij allen gebruik kunnen maken van de gemeenschappelijke voorzieningen en niet afhankelijk gemaakt worden  van anderen om in Langedijk te  participeren. “Want dat is in deze gemeente toch heel normaal!” (citaat)

 

Onze tweede opmerking gaat over de door het college gegeven antwoorden: waarin een maatschappelijk probleem -namelijk het niet langer toegankelijk zijn van een deel van de openbare ruimte voor een deel van onze  burgers- gereduceerd wordt  tot een simpele toetsingsgrond voor de omgevingsvergunning. En ja, wij waren in de  veronderstelling  dat  zowel het door CROW, kenniscentrum voor de openbare ruimte opgestelde richtlijn “Toegankelijkheid” als de NEN 1814, 2001 nl- norm, “Toegankelijkheid van buitenruimten, gebouwen en woningen”  door de  gemeente  Langedijk gebruikt worden bij het  inrichten van onze openbare ruimte. Deze  twee standaardwerken worden ook aanbevolen door  “Alles toegankelijk” waarin de organisaties van ouderen , mensen met een  beperking en ook de  VNG samenwerken. Samenwerken gericht op een inclusieve samenleving.

Maar  ja, wij dachten:  “dat is in Langedijk heel normaal!”.

 

Dat leidt  mij tot de  volgende verzoeken om nadere inlichtingen die ik aan het college wil voorleggen:

U bent ongetwijfeld op de hoogte van de tekst  van het Bouwbesluit (2012),  waar bij paragraaf 1.1;  begripsbepalingen aangegeven is dat onder een Bouwwerk geen gebouw zijnde”  tevens een  brug verstaan moet worden.

Dat in art 2.43 de  afmetingen van de hellingbaan zijn aangegeven. Een hellingbaan die bij het overbruggen van een hoogteverschil een groter 50 cm maximaal 1 op 20 mag bedragen. (Dat is maximaal 5% en dat  betekent dat de lengte van de hellingbaan volgens  het  bouwbesluit voor iedere  5 cm hoogteverschil 1 meter moet bedragen.)

 

Dan bent u ook op de  hoogte van het  feit dat deze maximale hellingshoek in het  Bouwbesluit mede gekozen is vanwege het in art 6.49 van het  Bouwbesluit genoemde “Bereikbaarheid van gebouwen voor personen met een functiebeperking”.

1.Dat is de eerste inlichting die ik graag  naar aanleiding van uw beantwoording vraag: bent u bekend met het  Bouwbesluit?

2.De  tweede  inlichting die ik graag  van u wil verkrijgen is of u van mening bent dat  de nieuw geplaatste  brug bij het  Oxhoofdpad -waarbij  de lengte van de hellingbaan ongeveer 5 meter  bedraagt  en daarbij anderhalve meter  hoogte  verschil overbrugt- of dat  bouwwerk geen gebouw zijnde maar een brug, aan de  bepalingen in  het  Bouwbesluit  voldoet?

3.De  derde inlichting waarvan ik denk dat die in dit  kader  voor  Raad van belang is, op welke gronden heeft u toch een  omgevingsvergunning voor deze voetgangers en fietsbrug afgegeven , terwijl die niet aan de voorschriften van het bouwbesluit voldoet?

4.En tot slot:  op welke wijze gaat u handhavend optreden?

 

Klaas Zwart

GroenLinks